§ 5 – een genealogische puzzel van 3 x Phier Cornelis
Min of meer gelijktijdig leefden er in de 17e eeuw in Maurik drie personen die PHIER CORNELIS heetten, t.w.
A OLIVIER CORNELIS UDO, otr. Maurik 26.3.1649 Anna Henricks, j.d. van Elst;
B FIER CORNELISSEN, ged. Maurik 21.6.1646, otr. 1e: ald. 2.5.1669 Geertruy Joosten, d. van Joost Hermans; otr. 2e: als wednr. ald. 4.8.1678 Peterken Kruyt, j.d. van Amerongen;
C PHIER CORNELIS VAN HATTEM, ged. Maurik 8.10.1648, otr. ald. 21.11.1680 Anneken Peters van Apeldoorn, geb. Maurik.
In totaal komen er minimaal 19 kinderen voor (vast veel meer: in het doopboek van Maurik is een hiaat van 1682-1687, in welke periode in elk geval is geboren: Sweer Phieren, die tr. 3.6.1708), die bij deze drie vaders moeten worden ingedeeld. Bij drie staat de volledige achternaam van de vader:
1. Henricksken 1659 - Olivier Cornelis Udo,
2. Cornelis 1681 - Phier Cornelis van Hattem,
3. Anna Margrita 1688 - idem.
Van twee wordt later (bij huwelijk) de vadersnaam vermeld:
4. Maria (Phieren Udo) 1661,
5. Cornelia (Fierense Udo) 1664.
Aangezien Olivier Cornelis Udo in 1649 trouwt en Fier Cornelissen in 1669, zijn in ieder geval voor rekening en verantwoording van Olivier Cornelis Udo:
6. Guert 1650,
7. Cornelia 1651,
8. Gerrit 1654,
9. Henrick 1657,
10 Gerrit 1667.
Over blijven de volgende kinderen:
11. Jan 20.2.1670, vader Olivier Cornelis,
12. Wilhemken 2.6.1671, vader idem,
13. Claerken 8.3.1674, vader Fier Cornelis } get. Cuyntie Cornelis (ook
14. Trijntie 8.3.1674, vader idem } bij broer in 1678) en Dineke Joosten,waarsch.schoonzus
15. Cornelis 29.12.1677, vader idem
16. Hermen 6.4.1679, vader idem
17. Dirckie 18.9.1681, vader idem getuige Cuyntje Cornelis
18. Jan, 13.11.1687, vader idem
19. Dirkje 30.9.1688, vader idem
Deze negen kinderen moeten nog onder de drie mogelijke vaders worden verdeeld. Daar Phier Cornelis van Hattem pas eind 1680 is getrouwd, doet hij mee als kandidaat voor de nrs 17, 18 en 19. Nr 17 kan niet, want hij heeft al een kind Cornelis 2.8.1681. Nr 19 kan evenmin, want op 15.1.1688 wordt zijn dochter Anna Margrita gedoopt.
Olivier Cornelis Udo's vrouw zal slechts voor een beperkt aantal in de markt zijn geweest. Onbetwist op haar naam staan er acht (1650-1667). Stel dat zij 20 was bij huwelijk, dan was zij bij het kind uit 1667 47 jaar. De eerstvolgende, nr 11 bovengenoemd, is in 1670 geboren, wat betekent dat zij de moeder daarvan niet zijn kan. Merkwaardig is, dat het doopboek bij alle kinderen van Olivier Cornelis Udo als vader vermeld staat: OLIVIER CORNELIS. Deze aanduiding komt eveneens voor bij de nrs 11 en 12. Vanaf nr 13 is het steeds FIER CORNELIS. Als hier consequent twee verschillende personen mee bedoeld zijn, dan moeten we een tweede huwelijk van Olivier Cornelis Udo aannemen. Dat huwelijk - met een jongere vrouw - moet dan omstreeks 1667 vallen. In zijn ontwerp-genealogie van het geslacht UDO heeft Wilfried Ahoud de nrs 11, 13, 14 en 16 als Udo's opgenomen. Hij is er dus van uitgegaan, dan een 50-jarige nog baren kon. Het is niet duidelijk, of hij zich van de problematiek van drie naamgenoten bewust was.
Resumerend krijgen we de volgende opstelling: A Olivier Cornelis Udo, volgt A; Fier Cornelissen, volgt B; Phier Cornelissen van Hattem, volgt C.
A OLIVIER CORNELIS UDO, otr.Maurik 26.3.1649 Anna Henricks, j.d. van Elst. Zij wordt nimmer als doopgetuige vermeld!
Hieruit:
1.. Guert, ged. Maurik 24.2.1650, get. Cornelis Jans Udo en Stijnken Francken. Vader: Olivier Cornelis. Uit hem: Phier 1689, getuige Hendrickje Phieren, en Phier 1690. Guert Phieren Udo wordt in 1693 vermeld als een halve ploeg.
2. Cornelia, ged. Maurik 21.12.1651, get. Stijnken Francken en Maeijken Aarts (Hac). Vader: idem.
3. Gerrit, ged. Maurik 24.9.1654, get. Wilhem Cornelis en Janneken Aarts Hac. Vader: idem.
4. Henrick, ged. Maurik 1.2.1657, get. Claes Gerrits, en Beliken Peters van Westrenen. Vader: idem.
5. Henricksken, ged. Maurik 8.5.1659, get. Gijsbert Hermans en Neeltijn Aarts. Vader: Olivier Cornelis Udo. Henrikje Phieren is in 1689 getuige bij Geurt Phieren (nr. 8); Henrickje Phieren Udo is in 1680 getuige bij Jan Petersen.
6. Maria, ged. Maurik 13.10.1661, getuige Herman Cornelis en Jacobgen Sanders. Vader: Olivier Cornelis. Maria Phieren is in 1689 getuige bij Rijk van Toorn. Zij is overl. voor 1.12.1695 als Maria Phieren Udo, tr. Barent Hendriksen.
7. Cornelia, ged. Maurik 5.6.1664, get. Elisabeth van Vincelaer. Zij tr. mei 1688 als Cornelia Fierense Udo met Rijk Martense van Toorn. Is zij de Neeltje Phieren die in 1711 getuige is bij Klaas Loef en in 1712 bij Roelof Reijersen?
8. Gerrit, ged. Maurik 14.7.1667, get. Maijken Wilhems.
Er is ook nog:
Jannigje Udo, in 1687 getuige bij Hermen Joosten en in 1689 getuige bij Andries Fransen van der Eem.
Gijsbertje Udo, in 1694 getuige bij Jacob Teunissen.
Aaltje Phieren, die in 1690 en 1691 getuige is bij Pons Fransen van der Eem en in 1708 (net als Neeltje - nr 2?) bij Roelof Reijersen.
B FIER CORNELISSEN, ged. Maurik 21.6.1646, als z. van Cornelis Jansen ,otr.1e: ald. 2.5.1669 Geertruy Joosten, d. van Joost Hermans; otr. 2e: als wednr. 4.8.1678 Peterken Kruyt, j.d. van Amerongen.
Voor hem in ieder geval gezien het bovenstaande:
1. Jan, ged. Maurik 20.2.1670, get. Elsken Polman. Vader: Olivier Cornelis.
2. Willemken, ged. Maurik 26.3.1671, get. Martgen Dircks. Vader: idem.
N.B.
Bij HERMEN PHIEREN, nr 16, is in 1706 en 1711 DIRKJE PHIEREN getuige, kennelijk nr. 17. Dirkje is ook getuige bij CORNELIS PHIEREN, kennelijk nr.15, nl. in 1706 en 1710. Dit zullen dus (?) kinderen uit één gezin zijn.
Aannemende dat er maar één Cuyntje Cornelis in die tijd leefde (kind nr. 5 van Cornelis Jansen) dan zijn de nrs. 13, 14 en 17 kinderen van deze Fier Cornelissen. Ook de getuige Dineke Joosten wijst in die richting.
Hieraan kunnen dus ook de nrs. 15 en 16 worden toegevoegd, hoewel nr. 19 (na een overlijden van nr. 17) plausibel is. Nr. 18 kan om dezelfde reden na overlijden van nr. 1 hierbij worden gevoegd.
C PHIER CORNELISSEN VAN HATTEM, ged. Maurik 8.10.1648, otr. ald. 21.11.1680 Anneken Peters van Apeldoorn, j.d. van Maurik.
Hieruit:
1. Cornelis, ged. Maurik 2.8.1681, vader Phier Corn. van Hattem, getuige Elysabeth Cornelis van Hattem.
hiaat doopboek 19.2.1682-16.5.1687.
2. Anna Margrita, ged. Maurik 15.1.1688, vader Phier van Hattem, getuige Dirkje van Hattem.
tot 1700 verder niets gevonden.
Min of meer gelijktijdig leefden er in de 17e eeuw in Maurik drie personen die PHIER CORNELIS heetten, t.w.
A OLIVIER CORNELIS UDO, otr. Maurik 26.3.1649 Anna Henricks, j.d. van Elst;
B FIER CORNELISSEN, ged. Maurik 21.6.1646, otr. 1e: ald. 2.5.1669 Geertruy Joosten, d. van Joost Hermans; otr. 2e: als wednr. ald. 4.8.1678 Peterken Kruyt, j.d. van Amerongen;
C PHIER CORNELIS VAN HATTEM, ged. Maurik 8.10.1648, otr. ald. 21.11.1680 Anneken Peters van Apeldoorn, geb. Maurik.
In totaal komen er minimaal 19 kinderen voor (vast veel meer: in het doopboek van Maurik is een hiaat van 1682-1687, in welke periode in elk geval is geboren: Sweer Phieren, die tr. 3.6.1708), die bij deze drie vaders moeten worden ingedeeld. Bij drie staat de volledige achternaam van de vader:
1. Henricksken 1659 - Olivier Cornelis Udo,
2. Cornelis 1681 - Phier Cornelis van Hattem,
3. Anna Margrita 1688 - idem.
Van twee wordt later (bij huwelijk) de vadersnaam vermeld:
4. Maria (Phieren Udo) 1661,
5. Cornelia (Fierense Udo) 1664.
Aangezien Olivier Cornelis Udo in 1649 trouwt en Fier Cornelissen in 1669, zijn in ieder geval voor rekening en verantwoording van Olivier Cornelis Udo:
6. Guert 1650,
7. Cornelia 1651,
8. Gerrit 1654,
9. Henrick 1657,
10 Gerrit 1667.
Over blijven de volgende kinderen:
11. Jan 20.2.1670, vader Olivier Cornelis,
12. Wilhemken 2.6.1671, vader idem,
13. Claerken 8.3.1674, vader Fier Cornelis } get. Cuyntie Cornelis (ook
14. Trijntie 8.3.1674, vader idem } bij broer in 1678) en Dineke Joosten,waarsch.schoonzus
15. Cornelis 29.12.1677, vader idem
16. Hermen 6.4.1679, vader idem
17. Dirckie 18.9.1681, vader idem getuige Cuyntje Cornelis
18. Jan, 13.11.1687, vader idem
19. Dirkje 30.9.1688, vader idem
Deze negen kinderen moeten nog onder de drie mogelijke vaders worden verdeeld. Daar Phier Cornelis van Hattem pas eind 1680 is getrouwd, doet hij mee als kandidaat voor de nrs 17, 18 en 19. Nr 17 kan niet, want hij heeft al een kind Cornelis 2.8.1681. Nr 19 kan evenmin, want op 15.1.1688 wordt zijn dochter Anna Margrita gedoopt.
Olivier Cornelis Udo's vrouw zal slechts voor een beperkt aantal in de markt zijn geweest. Onbetwist op haar naam staan er acht (1650-1667). Stel dat zij 20 was bij huwelijk, dan was zij bij het kind uit 1667 47 jaar. De eerstvolgende, nr 11 bovengenoemd, is in 1670 geboren, wat betekent dat zij de moeder daarvan niet zijn kan. Merkwaardig is, dat het doopboek bij alle kinderen van Olivier Cornelis Udo als vader vermeld staat: OLIVIER CORNELIS. Deze aanduiding komt eveneens voor bij de nrs 11 en 12. Vanaf nr 13 is het steeds FIER CORNELIS. Als hier consequent twee verschillende personen mee bedoeld zijn, dan moeten we een tweede huwelijk van Olivier Cornelis Udo aannemen. Dat huwelijk - met een jongere vrouw - moet dan omstreeks 1667 vallen. In zijn ontwerp-genealogie van het geslacht UDO heeft Wilfried Ahoud de nrs 11, 13, 14 en 16 als Udo's opgenomen. Hij is er dus van uitgegaan, dan een 50-jarige nog baren kon. Het is niet duidelijk, of hij zich van de problematiek van drie naamgenoten bewust was.
Resumerend krijgen we de volgende opstelling: A Olivier Cornelis Udo, volgt A; Fier Cornelissen, volgt B; Phier Cornelissen van Hattem, volgt C.
A OLIVIER CORNELIS UDO, otr.Maurik 26.3.1649 Anna Henricks, j.d. van Elst. Zij wordt nimmer als doopgetuige vermeld!
Hieruit:
1.. Guert, ged. Maurik 24.2.1650, get. Cornelis Jans Udo en Stijnken Francken. Vader: Olivier Cornelis. Uit hem: Phier 1689, getuige Hendrickje Phieren, en Phier 1690. Guert Phieren Udo wordt in 1693 vermeld als een halve ploeg.
2. Cornelia, ged. Maurik 21.12.1651, get. Stijnken Francken en Maeijken Aarts (Hac). Vader: idem.
3. Gerrit, ged. Maurik 24.9.1654, get. Wilhem Cornelis en Janneken Aarts Hac. Vader: idem.
4. Henrick, ged. Maurik 1.2.1657, get. Claes Gerrits, en Beliken Peters van Westrenen. Vader: idem.
5. Henricksken, ged. Maurik 8.5.1659, get. Gijsbert Hermans en Neeltijn Aarts. Vader: Olivier Cornelis Udo. Henrikje Phieren is in 1689 getuige bij Geurt Phieren (nr. 8); Henrickje Phieren Udo is in 1680 getuige bij Jan Petersen.
6. Maria, ged. Maurik 13.10.1661, getuige Herman Cornelis en Jacobgen Sanders. Vader: Olivier Cornelis. Maria Phieren is in 1689 getuige bij Rijk van Toorn. Zij is overl. voor 1.12.1695 als Maria Phieren Udo, tr. Barent Hendriksen.
7. Cornelia, ged. Maurik 5.6.1664, get. Elisabeth van Vincelaer. Zij tr. mei 1688 als Cornelia Fierense Udo met Rijk Martense van Toorn. Is zij de Neeltje Phieren die in 1711 getuige is bij Klaas Loef en in 1712 bij Roelof Reijersen?
8. Gerrit, ged. Maurik 14.7.1667, get. Maijken Wilhems.
Er is ook nog:
Jannigje Udo, in 1687 getuige bij Hermen Joosten en in 1689 getuige bij Andries Fransen van der Eem.
Gijsbertje Udo, in 1694 getuige bij Jacob Teunissen.
Aaltje Phieren, die in 1690 en 1691 getuige is bij Pons Fransen van der Eem en in 1708 (net als Neeltje - nr 2?) bij Roelof Reijersen.
B FIER CORNELISSEN, ged. Maurik 21.6.1646, als z. van Cornelis Jansen ,otr.1e: ald. 2.5.1669 Geertruy Joosten, d. van Joost Hermans; otr. 2e: als wednr. 4.8.1678 Peterken Kruyt, j.d. van Amerongen.
Voor hem in ieder geval gezien het bovenstaande:
1. Jan, ged. Maurik 20.2.1670, get. Elsken Polman. Vader: Olivier Cornelis.
2. Willemken, ged. Maurik 26.3.1671, get. Martgen Dircks. Vader: idem.
N.B.
Bij HERMEN PHIEREN, nr 16, is in 1706 en 1711 DIRKJE PHIEREN getuige, kennelijk nr. 17. Dirkje is ook getuige bij CORNELIS PHIEREN, kennelijk nr.15, nl. in 1706 en 1710. Dit zullen dus (?) kinderen uit één gezin zijn.
Aannemende dat er maar één Cuyntje Cornelis in die tijd leefde (kind nr. 5 van Cornelis Jansen) dan zijn de nrs. 13, 14 en 17 kinderen van deze Fier Cornelissen. Ook de getuige Dineke Joosten wijst in die richting.
Hieraan kunnen dus ook de nrs. 15 en 16 worden toegevoegd, hoewel nr. 19 (na een overlijden van nr. 17) plausibel is. Nr. 18 kan om dezelfde reden na overlijden van nr. 1 hierbij worden gevoegd.
C PHIER CORNELISSEN VAN HATTEM, ged. Maurik 8.10.1648, otr. ald. 21.11.1680 Anneken Peters van Apeldoorn, j.d. van Maurik.
Hieruit:
1. Cornelis, ged. Maurik 2.8.1681, vader Phier Corn. van Hattem, getuige Elysabeth Cornelis van Hattem.
hiaat doopboek 19.2.1682-16.5.1687.
2. Anna Margrita, ged. Maurik 15.1.1688, vader Phier van Hattem, getuige Dirkje van Hattem.
tot 1700 verder niets gevonden.